Voorbeelden niet-verrekenbare Nederlandse dividendbelasting

Een Nederlandse aandeelhouder kan Nederlandse dividendbelasting verrekenen met de verschuldigde inkomsten- of vennootschapsbelasting. Buitenlandse aandeelhouders hebben die mogelijkheid niet altijd. De staatssecretaris van Financiën heeft aan de Tweede Kamer een aantal voorbeelden gegeven van situaties waarin een buitenlandse aandeelhouder Nederlandse dividendbelasting niet of niet volledig kan verrekenen. Dat heeft tot gevolg dat de dividendbelasting als last op de aandeelhouder blijft drukken.
Of een aandeelhouder de dividendbelasting kan verrekenen hangt af van de belastingwetgeving in zijn woonland, van het belastingverdrag van zijn woonland met Nederland én of de aandeelhouder de Nederlandse aandelen rechtstreeks houdt of via een beleggingsfonds.
Een buitenlandse aandeelhouder heeft in bepaalde gevallen aanspraak op teruggaaf van Nederlandse dividendbelasting op grond van de Wet op de dividendbelasting.

1 Buitenlandse particulieren
Nederlandse dividendbelasting kan niet (volledig) worden verrekend door een particuliere belegger in een land waar dividend is vrijgesteld of laag belast. In het Verenigd Koninkrijk (VK) is de eerste £ 5.000 aan dividend vrijgesteld van inkomstenbelasting. Daarboven geldt een tarief van 7,5%. Op grond van het verdrag met het VK bedraagt de Nederlandse dividendbelasting 10%. Er wordt dus meer ingehouden in Nederland dan in het VK betaald moet worden. Dat geldt ook voor inwoners van België, Estland, Finland, Italië, Kroatië, Letland, Roemenië en Slowakije met Nederlandse aandelen. Ook voor inwoners van een aantal landen buiten de Europese Unie geldt dit.

2 Buitenlandse beleggingsfondsen
Om de neutraliteit tussen direct beleggen en beleggen via een fonds te waarborgen, geldt voor beleggingsfondsen vaak een vrijstelling van belastingheffing. Het beleggingsfonds kan dan geen dividendbelasting verrekenen. Ook de deelnemer in het beleggingsfonds zal in veel gevallen geen dividendbelasting kunnen verrekenen, omdat op het door hem van het fonds ontvangen dividend geen Nederlandse dividendbelasting is ingehouden. Dit geldt voor bepaalde beleggingsfondsen in vijftien EU-lidstaten, zij het dat in vijf landen onder voorwaarden mogelijk verrekening bij de achterliggende belegger kan plaatsvinden.

3 Buitenlandse pensioenfondsen
Vanwege de maatschappelijke functie van pensioenfondsen kiezen landen ervoor om deze instellingen vrij te stellen van belastingheffing. Wanneer in het belastingverdrag met Nederland geen vrijstelling van dividendbelasting is geregeld, zal de Nederlandse dividendbelasting niet verrekenbaar zijn, tenzij er een recht op teruggaaf bestaat op basis van de Wet. Het recht van teruggaaf bestaat voor buitenlandse pensioenfondsen die als zij in Nederland zouden zijn gevestigd, zijn vrijgesteld van vennootschapsbelasting. Vijftien EU-lidstaten kennen vrijgestelde pensioenfondsen die geen recht op vrijstelling van dividendbelasting hebben op basis van het verdrag met Nederland.

4 Buitenlandse vennootschappen met een beperkt aandelenbelang
Voor een buitenlandse vennootschap met een aandelenbelang in een Nederlandse vennootschap van minder dan 5% geldt geen inhoudingsvrijstelling voor de Nederlandse dividendbelasting. Afhankelijk van vrijstellingen of lage tarieven voor ontvangen dividend in het vestigingsland kan de vennootschap de ingehouden dividendbelasting mogelijk (deels) niet verrekenen. Dit kan zich voordoen met betrekking tot elf EU-lidstaten.