Inbreng vanuit privévermogen

Ondernemers hebben in beginsel de keuze of zij vermogensbestanddelen die zij in de onderneming gebruiken tot hun ondernemingsvermogen rekenen of tot hun privévermogen. De keuzevrijheid wordt beperkt door de redelijkheid. Vermogensbestanddelen die voor 90% of meer zakelijk worden gebruikt zijn verplicht ondernemingsvermogen.

Casus

Een landbouwer was eigenaar van twee percelen, waarop zijn woning en bedrijfsgebouwen stonden. De woning met ondergrond behoorde tot het privévermogen. De bedrijfsgebouwen en de overige grond waren ondernemingsvermogen. In 2008 liet de landbouwer een nieuwe woning bouwen op tot het ondernemingsvermogen behorende grond. De woning werd als ondernemingsvermogen aangemerkt. Omdat er volgens het bestemmingsplan op beide percelen slechts één woning mocht zijn, gaf de landbouwer de woonbestemming van de oude woning op om een bouwvergunning voor de nieuwe woning te kunnen krijgen. Door het verlies van de woonbestemming daalde de waarde van de oude woning met ondergrond volgens taxatie met € 50.000. Op het moment van de ingebruikname van de nieuwe woning heeft de landbouwer dit bedrag geactiveerd op zijn balans en tot de boekwaarde van de nieuwe woning gerekend.

Ter gelegenheid van het aangaan van een vof met zijn echtgenote per 1 januari 2012 bracht de landbouwer de nieuwe woning naar zijn privévermogen over. Dat leidde tot een boekverlies omdat de waarde in bewoonde staat lager was dan de boekwaarde van de woning. De vraag was of de waardevermindering van de oude woning terecht was opgenomen in de boekwaarde van de nieuwe woning. De rechtbank was van oordeel dat dit het geval was. Waardestijgingen van het ondernemingsvermogen die niet in de uitoefening van de onderneming zijn ontstaan, maar vanuit het privévermogen zijn ingebracht of opgeofferd blijven buiten de winstberekening. De woonbestemming op de tot het ondernemingsvermogen gerekende nieuwe woning heeft de landbouwer verkregen door de woonbestemming op de tot zijn privévermogen gerekende oude woning op te offeren. Dat betekent volgens de rechtbank dat de landbouwer de waardedaling van de privéwoning wegens verlies van de woonbestemming terecht heeft geactiveerd op zijn ondernemingsbalans.